Toespraak afscheid burgemeester Schaap
Na 8 jaar burgemeesterschap in onze gemeente Renkum nam Agnes Schaap afscheid. Bekijk de livestream van het afscheid of lees de toespraak die zij op 15 mei gaf.
Bekijk hier de livestream van het afscheid. Of lees de toespraak:
Geachte leden van de gemeenteraad en het college, beste inwoners van onze mooie gemeente, collega’s, familie, vrienden,
De cirkel is rond. Acht jaar geleden stond ik hier om te beginnen aan mijn mooiste baan ooit: ik werd burgemeester. Burgemeester, dat al is een mooie baan, maar dan ook nog burgemeester van de gemeente Renkum. Een stokoude gemeente – we zijn inmiddels meer dan 100 jaar oud – maar ook een springlevende gemeente. Een gemeente die hecht aan tradities en herdenken, ik kom daar straks natuurlijk nog op terug, maar ook een gemeente die kijkt naar de toekomst. Op welke manier kunnen we een toekomstbestendige gemeente zijn en blijven die de voorzieningen op peil houdt en die passende dienstverlening aan de bedrijven en inwoners biedt? We zijn er volop mee bezig.
Acht jaar geleden werd ik burgemeester van ruim 31.000 inwoners van 6 prachtige dorpen in het groen. Doorwerth, Heelsum, Heveadorp, Oosterbeek, Renkum, Wolfheze. Deze dorpen en de inwoners zijn me de afgelopen jaren zeer dierbaar geworden.
Met deze inwoners deelde ik de afgelopen jaren lief en leed. Ik genoot van de bezoeken aan jarige eeuwelingen. Wat een levenskracht en wijsheid hebben deze vrouwen (en sinds dit jaar ook een man!)
Ik bezocht veel echtparen die 60 jaar of meer getrouwd waren. Prachtig toch dat in deze tijd waarin veel huwelijken stranden, er nog zoveel mensen trouw blijven aan hun eeuwige belofte. Ze zijn het bewijs van de kracht van de liefde.
Iedere paar maanden mag ik mensen naturaliseren tot nieuwe Nederlander. Ik vind dat altijd een zeer feestelijke aangelegenheid. Het is voor deze nieuwe inwoners van Renkum vaak een feestelijk en tegelijk emotioneel moment, want denk je is in: je verlaat alles wat je hebt en komt hier terecht. Voor veel mensen is het letterlijk het begin van het tweede deel van hun leven.
Heel trots ben ik ook op onze inwoners die zo warm en gastvrij zijn voor vluchtelingen, asielzoekers, ontheemden uit Oekraïne. De bevolking van onze gemeente moest ooit ook op de vlucht voor oorlogsgeweld. Ik denk dat die ervaring nog steeds doorwerkt.
Ik mocht heel veel feestjes in de gemeente meevieren: jubilea, openingen, evenementen, buurtactiviteiten, te veel om op te noemen. Als burgemeester sta je dan vaak in de schijnwerpers. Je mag wat zeggen, je mag wat doen. Heel leuk! Maar steeds realiseerde ik me dat het natuurlijk niet om mij draait. De burgemeester is ‘slechts’ de officiële vertegenwoordiger van de overheid die door zijn of haar aanwezigheid de waardering onderstreept voor de inwoners, voor de bedrijven.
Je bent niet alleen burgemeester in goede tijden. Als burgemeester probeer je ook een schouder te zijn bij verdriet. Een arm om de schouder te slaan van mensen die getroffen worden door het noodlot, die slachtoffer zijn van ziekte, van verlies. Het afgelopen jaar maakten we dat mee in de gemeenteraad bij het overlijden van raadslid Paul Janssen. Maar ik herinner me ook het ongeluk op het spoor in Wolfheze en daarna de indrukwekkende stille tocht. Of het noodlottige ongeval op de spoorbrug waarmee er een abrupt einde kwam aan het leven van jonge man. De verslagenheid die ik zag bij de familie en op de school in Doorwerth. Afschuwelijk. Juist op die momenten ben je als burgemeester burgermoeder.
Nog maar een paar jaar geleden – al lijkt het inmiddels veel langer – werd de wereld stilgezet door corona. U heeft daar allemaal uw eigen herinneringen aan. Hoe afstand houden de norm werd, hoe we in no time digitaliseerden, hoe jongeren niet konden doen wat ze horen te doen als ze opgroeien. Hoe de avondklok…, hoe we ons inentten…, hoe we ons realiseerden dat we elkaar meer dan ooit nodig hadden. Ik vond de coronatijd een vreselijke tijd. Alleen al om met elkaar in verbinding te blijven was een uitdaging – elkaar ontmoeten was tijden lang zelfs onmogelijk. Maar ook de schrijnende situaties zoals van die man die onder het balkon van z’n 100-jarige moeder stond en hoe ze zei: kon ik je maar even omhelzen. Of de mensen die in eenzaamheid stierven zonder dat hun geliefden afscheid konden nemen.
De wereld veranderde door en tijdens corona. Ondanks alle ellende waarover ik net sprak, leverde deze zwarte periode ook mooie dingen op. Als ik kijk naar boost die de samenwerking in de veiligheids- en gezondheidsregio Gelderland Midden kreeg. Of de steun die we als burgemeesters van elkaar kregen. Iedere week waren er nieuwe maatregelen en met de collega’s bepaalden we hoe we daarmee om moesten gaan. In alle gemeenten en ook in Renkum werd er enorm veel werk verzet door de hulpdiensten, door de gezondheidszorg in de volle breedte en door de medewerkers van de gemeente. We hadden elkaar heel hard nodig. En juist daarom is het zo bijzonder dat we nu weer alles kunnen doen.
Het feit dat de gemeente Renkum uit dorpen bestaat, zorgt ervoor dat grootsteedse problematieken zich vaak voordoen op dorpsformaat. De aantallen incidenten zijn veelal lager, maar daardoor is de impact als er iets gebeurt vaak veel groter. Gelukkig zijn we niet gewend aan veel inbraken en andere criminaliteit – hoewel het zeker gebeurt. Als criminaliteit voorkomt, is dat natuurlijk een schok voor de mensen die erdoor geraakt worden, maar vaak ook voor de hele buurt. Het leed van het individu is hier al gauw het leed van het collectief. Het geeft aan hoe warm en hecht onze gemeenschappen zijn – zonder overigens klef of beklemmend te worden. Gedeelde smart is hier nog echt halve smart. Ik maak van de gelegenheid gebruik om een woord van dank uit te spreken voor de politie. Dag en nacht staan ze paraat om te zorgen voor onze veiligheid, ook nu ze organisatorisch wat meer op afstand zijn komen te staan. Bedankt voor de constructieve samenwerking en overleggen, bedankt voor het klaar staan voor onze inwoners.
Vanuit mijn portefeuille openbare orde en veiligheid wil ik naast de politie ook graag de brandweer noemen. De brandweer vind ik een mooi voorbeeld van burgerschap en maatschappelijke verantwoordelijkheid. Zonder beroepsbrandweermensen tekort te willen doen, zie ik bij de vrijwilligers van de brandweer hoe ze altijd klaar staan om ongeacht wie te helpen die in gevaar is. Als de pieper gaat, laten ze letterlijk alles uit hun handen vallen om in actie te komen, om te redden, te blussen, te bevrijden. We kunnen altijd op jullie rekenen.
Ik realiseer me dat ik veel mensen en organisaties tekortdoe als ik ze niet noem. Weet dat jullie allemaal op mijn grote waardering kunnen rekenen. Jullie allemaal maken van onze gemeente een gemeenschap.
Een dorp is geen eiland. Onze dorpen maken deel uit van de gemeente Renkum. Maar ook de gemeente Renkum is geen eiland. We werken samen in veel samenwerkingsverbanden die benadrukken dat we het niet alleen kunnen. We hebben fijne buurgemeenten, we maken deel uit van meerdere regio’s, liggen in de mooiste provincie van Nederland en we maken deel uit van Europa en de wereld.
Die samenwerking, die verbinding vind ik enorm belangrijk. Ik zie het als een veiligheidsmaatregel tegen onverschilligheid, tegen egoïsme, tegen oorlog en geweld. In de strijd tegen een kwaadaardig regime, zorgde samenwerking er 80 jaar geleden voor dat er een einde kwam aan de verschikkingen van de oorlog. Nog ieder jaar herdenken wij hier, samen met de regio, de strijd die geleverd werd voor onze vrijheid, voor onze vrede. Het is nog maar kortgeleden dat we daar nadrukkelijk bij stilstonden. Opdat wij niet vergeten. Een dag later vierden we de vrijheid. En dat is goed. Juist de combinatie van 4 en 5 mei versterkt het besef dat het een niet bestaat zonder het ander.
Ik werd acht jaar geleden burgemeester van een Airbornegemeente. En nog ieder jaar kijk ik met grote bewondering naar de ongelofelijke kracht die er uit die donkere pagina geput wordt, lokaal, regionaal en internationaal. De hel van september 1944 sloeg enorme wonden, maar het sloeg ook bruggen tussen mensen, tussen landen, tussen volken. Het smeedde banden die tot op de dag van vandaag standhouden. Begin dit jaar was ik in Londen bij de Taxi Charity. En eerlijk waar: het voelde als een bezoek aan familieleden. Elk jaar was de Airborne-herdenking bijzonder, met de 75- en 80-jarige herdenkingen als uitschieters. En vergeet ook de Airborne-wandeltocht niet.
Maar het dierbaarste moment voor mijzelf was in het eerste jaar dat ik burgemeester was. Het was het weekend na alle herdenkingen. Nog overweldigd door alle ervaringen van de weken ervoor ging ik op zondagmiddag in m’n uppie naar de begraafplaats hier in Oosterbeek. De kransen lagen er nog, de linten wapperden zachtjes in de wind. Het was stil. Op een paar vogels na. Juist in die stilte klonk het ontzag door voor al die helden die hun leven gaven voor onze vrijheid. Het was een stilte die oorlog het zwijgen oplegt. Die schreeuwde: dit nooit meer. Laten we alstublieft luisteren naar die oorverdovende stilte.
Ik kom aan het einde van mijn speech.
De tijd, de samenleving, de maatschappij is in de afgelopen jaren veranderd. Gelukkig wel, zou je bijna zeggen. Samen met mijn collega’s in het college hebben we mooie en belangrijke zaken voor elkaar gekregen. Als voorzitter van het college was ik de constante factor in de afgelopen en lopende raadsperiode. Ik wil de huidige en vorige wethouders heel hartelijk bedanken voor de ruimte die ze mij hebben geboden. Met alle colleges vormden we een fijn team waarin we elkaar scherp hielden en elkaar steunden op onze portefeuilles. Als ik het huidige college bedank, Danielle, Joa, Eveline en Arend, dan bedank ik over jullie hoofden heen ook al jullie voorgangers waarmee ik mocht werken. Het was mij zeer aangenaam! Dank jullie wel.
In het college is ook altijd de gemeentesecretaris aanwezig. Als baas van de ambtelijke organisatie is hij eerste aanspreekpunt voor het college en ambtelijk opdrachtnemer. Marcel, ook jij heel hartelijk dank voor je adviezen en je ondersteuning – en dat geldt ook voor jouw voorgangers. En over jouw hoofd heen richt ik me dan ook tot alle medewerkers van de gemeente. Ik nam afgelopen dinsdag al persoonlijk afscheid van hen, maar ik hecht eraan om dat hier nog een keer publiekelijk te doen. Het is ongelofelijk hoeveel werk het ambtelijk apparaat verzet met in verhouding redelijk weinig mensen. Bij nacht en ontij, soms onder hoge druk, maar steeds hulpvaardig en professioneel staan de medewerkers klaar voor de gemeenschap. Ik vind dat ze daar niet altijd de waardering voor krijgen die ze verdienen. En natuurlijk gaat er wel eens iets mis, maar ook zij zetten zich met hart en ziel in voor de Renkumse samenleving.
Voor ik aan het bedanken van de gemeenteraad toekom, wil ik eerst nog een directe collega van mij in het zonnetje zetten. En hoeveel waardering ik ook heb voor Ahmed Marcouch, voor Floor Vermeulen en voor de andere burgemeesters in de omgeving, en hoe dankbaar ik ook ben voor de goede samenwerking die we samen gehad hebben, gaat mijn speciale dank toch uit naar mijn allerdirectste collega. Mijn ambtgenoot hier in Renkum, kinderburgemeester Sleman Bargo. Sleman, ik vond het geweldig om jouw collega te zijn. Jij bent vrolijk en leuk en heel representatief. Je spreekt heel makkelijk kinderen toe, maar ook volwassenen en je bent een visitekaartje voor de gemeente Renkum. Over een paar weken zit jouw termijn als kinderburgemeester erop. Maar in tegenstelling tot mij, ga jij niet met pensioen, maar sta je nog maar aan het begin van je carrière. En met die carrière van jou gaat het helemaal goed komen. Inmiddels zijn we in de groepen 7 van de scholen in de gemeente alweer volop aan het werven voor een nieuwe kinderburgemeester. Mijn opvolger zal binnenkort jouw opvolger beëdigen. Een tijdje terug kwam ik Remie tegen, de allereerste kinderburgemeester van Renkum. Ik herkende hem bijna niet meer, zo groot was hij geworden. Het was ooit mijn wens dat er een Kinderburgemeester in Renkum zou komen. Toen ik Remie zag realiseerde ik me dat het instituut kinderburgemeester net als hij volwassen is geworden. Ik hoop dat er nog veel kinderburgemeesters komen. Sleman, bedankt.
Beste raadsleden. Het hoogste orgaan in de gemeente is de gemeenteraad. Een keer in de vier jaar kiezen wij, de inwoners van de gemeente Renkum, de gemeenteraad. 23 mannen en vrouwen die het bestuur van de gemeente op zich nemen. Aan deze 23 mannen en vrouwen geven de inwoners een volmacht om – naar eer en geweten – vier jaar lang de gemeente te besturen. Ik ook ik was ooit gemeenteraadslid en ik weet dus hoe mooi, hoe veeleisend, hoe moeilijk en hoe ondankbaar dit hoogste ambt in de gemeente is. In Renkum maar in iedere gemeente. In de gemeentepolitiek komt alles samen: alles wat lokaal speelt, maar ook heel veel landelijke aangelegenheden. Ik hoef alleen maar de Wmo en de opvang van asielzoekers te noemen. En de verruwing die in de landelijke politiek speelt, sijpelt ook lokaal door. Veel meer dan in de landelijke politiek komen de onderwerpen hier heel dichtbij. Je woont en leeft hier en ervaart direct de gevolgen van de besluiten die jullie als raad nemen. Net als bij ambtenaren krijgen jullie daar niet altijd de waardering voor die jullie verdienen. Ik spreek die waardering hier hardop uit: jullie verdienen een pluim!
Toch waren de afgelopen jaren niet altijd gemakkelijk. Ondanks – of misschien wel dankzij – jullie gedrevenheid en bevlogenheid waren er een paar lastige dossiers. In de media werd soms een bepaald beeld van de gemeenteraad van Renkum geschetst, dat meestal niet volledig klopte maar een enkele keer wel angstwekkend dicht bij de werkelijkheid kwam. Wat ik aan jullie waardeer is dat we elkaar steeds weer probeerden te vinden en ook vonden. Over de grenzen van politieke ideeën en lokale belangen en betrokkenheid heen
Als burgemeester en als mens was het niet altijd makkelijk. Je bent voorzitter van het college en tegelijk ook voorzitter van de gemeenteraad. Je hoort als burgemeester tussen en boven de partijen te staan en je moet de politiek z’n werk laten doen. Een burgemeester moet vaak op zijn of haar handen zitten. En wie mij een beetje kent, weet dat dat voor deze burgemeester best lastig is.
Toch kijk ik met veel tevredenheid en genoegen terug op de afgelopen 8 jaar. Met elkaar hebben we mooie dingen bereikt voor Renkum en de omgeving!
Ik wil jullie daar allemaal – raadsleden, fracties, politieke partijen, de griffie – heel hartelijk voor bedanken. Natuurlijk schudden we elkaar straks de hand en kan ik jullie ook persoonlijk bedanken, maar dan weten jullie het alvast: ik ben trots op jullie.
Wie het politieke wereldje in de gemeente een beetje kent, weet dat er allerlei overleggen zijn waar je als burgemeester mee te maken krijgt: het fractievoorzittersoverleg, het seniorenconvent, de agendacommissie enzovoort. Ik dank jullie allemaal voor de overleggen die we hadden en de bijdragen die jullie leverden. Een club wil ik iets nadrukkelijker bedanken, namelijk de vertrouwenscommissie. Van voor dat ik hier burgemeester werd had ik contact met jullie. Ook tijdens mijn twee perioden hadden we met enige regelmaat contact. En toen ik besloot te stoppen, waren jullie – na Cor – zo’n beetje de eersten die het wisten. Heel hartelijk dank voor het in mij gestelde vertrouwen en voor de prettige samenwerking. Ik wens mijn opvolger ook zo’n vertrouwensvolle vertrouwenscommissie toe!
Iedereen bedankt? Gemeenteraad, college, ambtenaren, collega-bestuurders en alle inwoners. Iedereen gehad. Op een na en dan is de cirkel rond.
De uitspraak dat er achter iedere sterke man of vrouw een sterke partner staat, doet tegenwoordig misschien wat gedateerd aan. Het klinkt alsof er iemand met m’n pantoffeltjes en een krantje stond te wachten als ik na een late raadsvergadering thuiskwam. Dat beeld klopt niet, of toch niet altijd. Wat wel doorklinkt in de uitspraak is dat het je mogelijk gemaakt moet worden om die succesvolle man of vrouw te zijn. Natuurlijk neem je jezelf mee, maar je partner is onmisbaar voor je, en zeker voor een burgemeester. De positie tussen, maar boven de partijen kan soms eenzaam zijn. Een goede partner is dan van groot belang.
Dus Cor – en ik meen dat ik namens de gemeenteraad, het college, het ambtelijk apparaat en alle inwoners spreek – heel hartelijk dank dat ik burgemeester van de gemeente Renkum kon en mocht zijn.
Dank jullie wel!