Toespraak 4 mei: recht doen aan wat recht vraagt

Toespraak die de leden van het college van burgemeester en wethouders hebben uitgesproken tijdens de verschillende herdenkingsbijeenkomsten op 4 mei 2024 in onze gemeente.

Dames en heren, jongens en meisjes,

Met bijna 80 jaar vrijheid ligt de Tweede Wereldoorlog ver achter ons. Vrijheid lijkt nu zo gewoon. Gelijktijdig voelen we de dreiging van nieuwe conflicten en is het oorlogsgeweld dichterbij dan ooit. De oorlogen in Oekraïne, Israël en Gaza en de verdere spanningen in het Midden-Oosten bewijzen dit. Het is een realiteit waar we niet omheen kunnen. Herhaalt de geschiedenis zich? 

Vrede, vrijheid, de afwezigheid van oorlog. Er is hard voor gestreden. Onze vrijheid is met de hoogste offers betaald. Duizenden mannen en vrouwen vochten hier in onze omgeving. Velen van hen raakten gewond, of erger nog, ze sneuvelden hier, ver weg van hun thuis. We zijn hen veel dank verschuldigd. Alleen dat al maakt herdenken niet vrijblijvend. Ook nu nog, 80 jaar later.

Terwijl de Tweede Wereldoorlog steeds verder wegschuift in het verleden, blijft de geschiedenis ons verhalen vertellen. Verhalen over toen. Over die dramatische tijd die het einde van de oorlog inluidde. Nu 80 jaar later, zie je van die verschrikkingen, van die littekens nauwelijks meer wat terug in het landschap. De tijd lijkt alles te helen. 

Wat rest zijn verhalen. Het is enorm belangrijk dat we die verhalen, die levensverhalen van bijvoorbeeld verzetshelden blijven doorvertellen. Zij zien zich overigens vaak niet als helden. Nee, zij deden recht aan wat recht vraagt. Ze handelden. Neem het verhaal van Evert en Chris Boven, 2 jonge en zeer principiële verzetsmensen. Het verhaal raakte mij toen ik er meer over las en hoorde. 

Chris en Evert. 2 broers uit Groningen die in Oosterbeek een veilig onderkomen zoeken. Ze zetten hier een verzetsnetwerk op dat uitgroeit tot een provinciale organisatie met landelijke impact.

Nico Boven – Evert gebruikte de verzetsnaam Nico – is in 1942 22 jaar en bestuurslid van de Gereformeerde Jeugdcentrale in Groningen. De Duitsers verbieden die jeugdcentrale, maar hij blijft actief in het organiseren van illegale bijeenkomsten die sterk tegen het nationaal socialisme ingaan. Dan worden zijn medebestuursleden opgepakt. Als de overvalwagen bij Nico de straat inrijdt, kan hij nog net het ouderlijk huis ontvluchten. Hij vertrekt naar een tante in Arnhem en vindt daarna onderdak in Oosterbeek, in Rust- en Herstellingsoord ’t Hemeldal. In een voor hem onbekend gebied begint hij opnieuw met verzetsactiviteiten en legt een nieuw netwerk aan. 

Zijn jongere broer Chris, nog maar 20 jaar, brengt in oktober 1942 onderduikers onder buiten Groningen. Eind december komt hij in contact met een zeer actieve verzetsgroep uit Meppel. Die verzetsgroep is nauw verbonden met dominee Frits Slomp, de oprichter van de L.O. Dat is de Landelijke Organisatie voor hulp aan onderduikers. En de L.O. is weer nauw verbonden met de Landelijke Knokploegen, de L.K.P. 

Begin 1943 ontmoet Chris zijn broer Nico in Oosterbeek en zo krijgt ook Nico contact met de landelijke organisatie. Enkele maanden later moet Chris zelf onderduiken en vertrekt hij naar Arnhem om zijn broer te helpen. 

Vanuit Oosterbeek doorkruisen de broers dagelijks de hele provincie, vaak ook ver daarbuiten. Al snel worden de contouren zichtbaar van een hechte en omvangrijke provinciale verzetsorganisatie, die zich uitstrekt tot Nijmegen, Enschede, Apeldoorn en Tiel. Dankzij de inzet van Nico als provinciaal leider en Chris als gewestelijk leider ontwikkelt ’t Hemeldal zich tot één van de actiefste en belangrijkste verzetscentra van Gelderland. Verborgen in de bossen, gelegen tussen wat nu de Nico Bovenweg heet, en de Valkenburglaan in Oosterbeek. In 1944 wordt aan bijna 20.000 onderduikers onderdak en verzorging geboden. Natuurlijk niet allemaal daar, maar door heel Gelderland.

Als dominee Frits Slomp opgepakt wordt, overlegt Nico direct met de leider van de knokploegen en ze besluiten hem te bevrijden. Op 11 mei 1944 vindt de overval op de Koepelgevangenis in Arnhem plaats en wordt Frits Slomp bevrijd. 
Door verraad en zeer actieve Duitse opsporing ontdekken de Duitsers dat alles vanuit ’t Hemeldal is georganiseerd. De oom van Nico en Chris wordt gearresteerd en vastgezet in het Huis van Bewaring in Arnhem. Hun oom móet eruit en dus komen de knokploegen opnieuw in actie. Na drie mislukte pogingen slaagt de vierde. Op zondag 11 juni bevrijden ze op klaarlichte dag 54 gevangenen. Het is nog steeds de grootste geslaagde gevangenisoverval in de Nederlandse geschiedenis. 

Maar dan gaat het mis. 2 maanden later loopt Chris in Utrecht door verraad in de val. Een week later wordt Nico in Heelsum gepakt. Samen worden ze via Kamp Vught getransporteerd naar Duitse concentratiekampen. 

Nico komt terecht in het concentratiekamp Neuengamme. Daar bezwijkt hij in november 1944 - een dag voor zijn 25ste verjaardag – aan de mishandelingen. Een paar maanden later, op 4 mei 1945, wordt Neuengamme door de geallieerden bevrijd. Een paar maanden te laat voor Nico.

Chris overleeft ternauwernood concentratiekamp Sachsenhausen. In april 1945 bevrijden de Russen het kamp. Chris gaat naar huis, maar komt de ziektes en ontberingen van Sachsenhausen nooit echt te boven. Het is 1966 als de gruwelen van het kamp alsnog hun tol eisen. Chris Boven overlijdt op 44-jarige leeftijd. Hij laat een jong gezin achter met 5 kinderen. Zijn vrouw is hoogzwanger van hun derde zoon, die 2 maanden later wordt geboren. Die zoon draagt 80 jaar later de littekens van de oorlog nog altijd met zich mee.

Het verhaal van de broers Nico en Chris Boven. 2 jonge mannen die niet aarzelden. Toen het erop aankwam, lieten hun waarden ze geen keus. Ze handelden direct en overtuigend. Het was vanuit christelijk plichtbesef en vanuit de zorg om de naaste. Achteraf gezien letterlijk met gevaar voor eigen leven voerden ze een strijd voor de vrijheid en tegen een verwerpelijke ideologie en een boosaardig regime. 

De Nico Bovenweg in Oosterbeek houdt de herinnering levend aan het bewogen leven van een jonge en moedige man. Het is die herinnering, het is dat verhaal wat ons oproept om recht te blijven doen. Ook als het spannend wordt. Ook als wij worden uitgedaagd. Ook omdat vrijheid nooit vanzelfsprekend is.

Dat vrede en vrijheid niet vanzelfsprekend zijn, zien we ook nu nog iedere dag. Dichtbij en verder weg. Hier op het Europese continent in Oekraïne. Verder weg in Gaza en Israël. In Iran. En helaas op nog veel meer plaatsen in de wereld. 

Het lijkt soms of militaire conflicten alleen gaan over miljoenen steun van bevriende landen, over het leveren van luchtafweergeschut, over resoluties in de Veiligheidsraad. Maar bij ieder gewapend conflict, bij iedere oorlog komen gewone mensen zoals u en ik in het gedrang. En gelukkig zijn er dan altijd helden, zoals Nico en Chris Boven, die doen wat moet. Die recht doen aan wat om recht vraagt. Bij wie het morele kompas werkt. Die zich letterlijk tot het uiterste inzetten voor vrede en vrijheid. Die daar zelfs hun leven voor geven.

Graag wil ik afsluiten met een gedicht van Mieke Mintjes.

Held
Moed is macht in lijf of geest
Over de grens van angsten heen
het is vertrouwen in jezelf
durven verliezen
overwinnen

Moed is alles geven
Met net dat beetje meer
Het is ’t hart verstaan 
Zielsverlangen
Zonder dwang

Moed is een kracht
Die zichzelf niet kent
Moed ben jij
Onwetend
Wat voor ’n held je bent

Ik vraag u nu twee minuten stil zijn en daarna zingen we het Wilhelmus.